donderdag 14 oktober 2021

Toertje in de perenboomgaard

Deze post gaat onder andere over bramentakken als mulch, enkele loofbomen waarvan ik de naam niet weet, en de perenoogst.

Als ik bramen afknip of maai, leg ik ze op een hoopje. Als je ze overal laat liggen ben je nergens meer veilig. In de zomer let ik niet echt op hoe ik ze leg. Maar in het voor- of najaar zorg ik er wel voor dat ze zeker niet kunnen wortelen. Dat zou nogal dweilen met de kraan open zijn. 
Die hoopjes gemaaide braam ben ik tussendoor eens gaan vertrappelen, dat heet mechanisch versnellen van het afbraakproces. Het punt van dit verhaal: ze verteren heel snel. Na een jaar ziet zo'n hoopje er zo uit. De doornen zijn veel minder scherp, dus je kan ze manueel (met handschoenen) verplaatsen. Aan de binnenkant van het hoopje is het organisch materiaal al heel mooi verteerd en prima bruikbaar als mulch.

Hieronder nog enkele bevindingen:
Een bont zandoogje 

De katjes van de berk
Een eerste kiwibes
De japanse wijnbes


 
Enkele spontane planten waarvan ik de naam niet ken (aanvullen in de reacties mag)

Boven: Een soort orchidee?

De twee foto's hierboven: een meidoorn? Maar dan een andere dan die we al hebben.





?




Misschien Robinia?

De perenoogst dit jaar is niet zo grandioos, zelfs slechts een fractie in vergelijking met vorig jaar. Toch zijn er enkele bomen die minder drastisch gesnoeid werden die nu toch rijkelijk dragen. Hieronder enkele foto's. Je ziet dat de meeste peren bruin en ruw van schil blijven, en niet groen worden. Wie weet waarom, mag een reactie nalaten.



De nieuwe kerselaar doet het prima.


Dode iepen


Gal op nog levende, jonge iepen. Ik maakte enkele van de nog groene gallen open, maar daar zat ook niks meer in.


Een paar insekten op een foto, maar bij het schrijven van deze tekst is het te lang geleden om te weten wat het juist was.
De pruimkers kreeg ook een vernieuwde mulchlaag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten